Overslaan en naar de inhoud gaan

Ik kom in de consultatieruimte van dokter Docx. Het was op een avond, denk ik. Dat weet ik niet meer zeker. Wie me naar Moeder & Baby bracht, weet ik evenmin. ‘Dag dokter’, zei ik, ‘ik ga hier niets vertellen, ik kom hier alleen om te tekenen.’ ‘Dat is goed‘, antwoordde dokter Docx, ‘teken jij hier dan maar wat.’ Vanaf toen heb ik niet meer gezwegen op Moeder & Baby.

Wat ik nu schrijf, is twaalf jaar geleden. Ik was pas mama geworden.

Sinds mijn zeventiende kreeg ik de diagnose bipolaire stoornis. Mijn lief Harry en ik wilden heel graag een kind. Ongeveer dertig waren we toen. We wisten dat het moeilijk kon worden omdat ik mijn ondersteunende medicatie tegen manische depressie zou moeten stoppen voor de gezondheid van ons groeiende kind. Met mijn psychiater bespraken we het worstcase-scenario. Als het slecht zou gaan met mij en ik opnieuw bipolair zou worden, zouden we kiezen voor een opname op Moeder & Baby. Harry en ik dachten niet dat ons dat zou overkomen. Samen hadden we al veel waters doorzwommen. Dit zou lukken.

Op een woensdag werd onze zoon geboren. Een heerlijke, mooie baby. Stig. Het voelde goed met ons drie. Volledig. Ik kan niet meer zeggen waar en wanneer het thuis fout begon te gaan met mij. Ik vertel hoe het met me ging op Moeder & Baby.

De eerste dagen kreeg ik eten op de kamer. Ik belde een vriendin op om te vertellen dat ik in een luxehotel was beland en dat ze zeker ook moest komen. De realiteit was echter dat ik veel te druk was voor de andere moeders. Ik ging in op alle prikkels en praatte over alles vrolijk mee. Voor mijn omgeving was ik heel vermoeiend. Dag en nacht bleef ik doorgaan. Ook de nachtverpleging had een vette kluif aan mij. Van de woonkamer maakte ik een schilderatelier en schilderde op hele grote papieren. Zonder stoppen. Toen het team besliste dat ik in een lokaal wat verderop kon schilderen zodat ik niet elke keer de zetels vuilmaakte, stopte ik mijn schilderactiviteiten. Ik at ‘s nachts de koelkast van de afdeling leeg. Er stond pudding in voor een andere mama die ze moest eten om aan te sterken. Mijn gewicht moest niet meer omhoog, maar ik at het allemaal gretig op. Stig kwam om de twee dagen naar de afdeling. Zijn meter werkte ook in Zoersel en bracht hem elke keer mee, als een cadeau uit een verre wereld. Elke avond sliep Stig thuis bij Harry.

Wanneer Stig bij me was, zorgde ik goed voor hem. Ik gaf hem liefdevol een bad en eten, onder begeleiding van het team. Ik maakte zelf flessen klaar. De verpleging stuurde bij. Ik was te verward om dat helemaal zelf te doen. Ik wandelde graag met Stig op het domein. Hij lag in een lelijke, maar vrolijk gekleurde buggy van Moeder & Baby. Fier en waarschijnlijk af en toe luid zingend, reed ik met hem rond.

Wanneer Stig er niet was, had ik veel tijd zonder therapie terwijl andere mama’s voor hun baby’s zorgden. Dan stapte ik druk rond op het domein, ondertussen veel te veel sigaretten rokend. Ik had altijd wel iets nieuws te ontdekken of ik kwam iemand tegen om een vluchtig gesprek mee te doen. Om 5:30 uur groette ik de poetsploeg die met een machine door de gang reed. Ik mocht eens een doos met knuffels lenen van een andere mama. ‘s Nachts maakte ik een hele opstelling in circusthema. Ik hing de geleende knuffels overal op in mijn kamer, zette de muziekjes aan. Dat was zo plezierig. Ik viel bovenop al die knuffels in slaap in de vroege ochtend. De andere mama vond er niets plezierig aan. Ze werd kwaad. Razend. Na een tijd mocht ik overdag in een andere afdeling keramiek gaan volgen omdat het tussen mij en de andere moeders niet meer boterde.

Mijn hoogte of psychose werd aangepakt door medicatie en in de verschillende therapieën, maar zonder mijn moedergevoel te ontnemen. Dat is zo belangrijk geweest voor mij. Stoppen met medicatie, bevallen en de hormonendans brachten me meer weg van mezelf dan ik ooit was geweest. Moeder & Baby was er voor mij, voor ons, in die volle crisis.

Ik ken mijn kwetsbaarheden en leef er elke dag mee. Nu, twaalf jaar later, zijn Harry en ik nog altijd en graag samen. Fiere en blije ouders van Stig, een twaalfjarige, fijngevoelige jongen die onderzoekend en stevig in het leven staat.