“Wij zweven op onze roze wolk!” Je hoort het vaak van ouders die net een kindje kregen. Heerlijk genieten van dat baby’tje en je weg zoeken tussen de pampers, voeding en dutjes. Maar wat als het niet zo heerlijk is? Wat als de roze wolk meer lijkt op een donderwolk? Still magazine sprak met psycholoog en psychodynamisch therapeut Inge Van der Elst en mama Nathalie van Kralingen, die herstelt van een postnatale depressie. “Ik zat ook op die roze wolk. Dat was fantastisch. Maar plots, na twee maanden, donderde ik er af. Als de baby begon te huilen, wou ik vluchten.”
Een op vijf vrouwen heeft mentale gezondheidsproblemen tijdens de zwangerschap en het eerste jaar na de geboorte. Maar daar blijkt toch nog een taboe op te rusten. En vaak wordt er pas hulp gezocht wanneer de donderwolken overgaan in een postnatale depressie. Waar kunnen (toekomstige) moeders terecht met vragen? Wanneer moeten ze actie ondernemen? En hoe kan de omgeving van de mama zo goed mogelijk helpen? Met die vragen kloppen we aan bij Moeder & Baby, een behandel- en expertisecentrum dat deel uitmaakt van psychiatrisch ziekenhuis Bethanië in Zoersel.
Op kousenvoeten lopen we de gang van het centrum binnen, want er zijn nog enkele baby’s aan het dutten. Op elke kamerdeur plakt een ander babydiertje, en het kleintje in de pandakamer wordt net wakker en liefdevol opgepakt. Mensen zijn in de weer met voeding en speelmatten. In de gang staan twee rijen netjes geparkeerde kinderwagens. In eentje wordt net een baby voorzichtig neergelegd, klaar voor een korte wandeling buiten in de groene omgeving van het centrum. We stappen vanzelf trager. De
sfeer in het gebouw is rustig en ontspannen. Hier is ruimte voor verstilling. “Dat is onze opzet”, glimlacht Inge Van der Elst, therapeut-psycholoog bij Moeder & Baby.
“We proberen een veilige plek te bieden waar moeders zichzelf kunnen zijn. Aan de hand van begeleiding en ondersteuning werken wij aan de mentale gezondheid van de moeder en aan de verbinding tussen moeder en baby. Maar ook aan het evenwicht in het gezin, samen met de partner.” De vrouw naast haar knikt bevestigend. Haar naam? Nathalie van Kralingen. Blond, vriendelijke ogen en een warme uitstraling. Zij herstelt momenteel van een postnatale depressie. “De dagen hier bij Moeder & Baby zijn echt rustmomenten voor mij. Intussen slaag ik er ook al in om de schaamte en het schuldgevoel los te laten. Want niet meer voor je kinderen kunnen zorgen, tja, daar praat je niet zo gemakkelijk over.”
Wij hebben de term perinatale zorg leren kennen …
Inge: “Heel veel zorg in de psychische gezondheid is opgesplitst in kinderzorg en volwassenzorg. En eigenlijk is het net heel belangrijk wanneer je pas mama wordt en hulp nodig hebt, dat die twee soorten zorg samen worden aangeboden. En dat is de perinatale zorg. Zo kan je begeleid worden door iemand die zowel expertise heeft in de psychische moeilijkheden die je als moeder of vader kan ervaren, maar ook in de ontwikkeling van ouderschap én in wat een kindje nodig heeft.
Die perinatale zorg gaat over de periode vanaf de zwangerschap totdat de baby 12 maanden is. Het hulpaanbod tijdens de zwangerschap is echter nog niet zo uitgebouwd en gekend. We merken nochtans dat daar veel nood aan is. Wij proberen het thema momenteel meer onder de aandacht te brengen, onder andere bij hulpverleners. Want zwangere vrouwen komen met hen in contact. Dus we zien daar een mooie kans voor professionelen om die mentale zorg te bespreken. Soms is de zorg rond de zwangerschap namelijk nog te veel gefocust op enkel de lichamelijke kant. Dat is een gemiste kans. Gelukkig is er in het werkveld veel in beweging en is er meer en meer aandacht voor mentale zorg. We willen hulpverleners daarom echt aansporen om goed naar de signalen te luisteren en vervolgens door te vragen. Maar niet alleen hulpverleners, ook het brede netwerk rond jonge ouders. We hebben in onze maatschappij de gewoonte om aan te nemen dat het goed gaat en alles leuk is met die nieuwe baby. Moeder en vader worden is echter een proces van vallen en opstaan. Kunnen spreken over de moeilijke momenten en de lastige gevoelens is net heel belangrijk om mentale problemen te voorkomen.”
Nathalie: “Ja, dat is heel herkenbaar. Je komt bijvoorbeeld enkele keren bij de gynaecoloog, maar daar worden je waarden gemeten en wordt je kindje bekeken, en dan is het eigenlijk al tijd voor de volgende patiënt. Het valt me dus ook op dat er niet veel ruimte is om eventuele moeilijkheden te (durven) bespreken. Ik zie daar echt nog wel kansen. Zo zou men bijvoorbeeld tussen twee afspraken bij de gynaecoloog door, een gesprek met een hulpverlener kunnen plannen. Om even te praten over hoe je je voelt.”
Hulp vragen is helemaal oké
Wil je het hele artikel lezen, kan je terecht op de website van Still magazine of via Instagram. Wil je het verhaal en de ervaringen van Nathalie blijven volgen, kan je terecht op haar Instagramaccount. Volgende quotes willen we je echter niet onthouden:
Over de juiste hulp vinden
“Ik was bij de huisarts op consultatie en daar ben ik helemaal ingestort. Ik begon te huilen en heb er mijn hart uitgestort. Ik zat al een tijd erg diep en soms bleven de tranen gewoon stromen. Bovendien voelde mijn baby meer als een last aan dan dat ik van haar kon genieten. Als ze begon te wenen, wou ik vluchten. De huisarts probeerde me vervolgens door te sturen naar een psychiater, maar de wachtlijst was te lang. Terwijl ik wachtte, ging ik op afspraak bij Kind en Gezin. Een heel lieve medewerker vertelde me toen over Moeder & Baby. Daar ben ik enorm dankbaar voor. Ik heb het gevoel dat ik met de begeleiding in dit centrum veel meer baat heb dan met consultaties bij een psychiater. Je wordt in een centrum als Moeder & Baby echt omarmd." (Nathalie)
Over je kwetsbaarheid als prille ouder
“Als je net een kind gekregen hebt, ben je erg kwetsbaar. Ik vind dus dat iederéén hulp kan gebruiken op dat moment. Dat hoeft daarom nog geen ingrijpende actie te zijn, maar gewoon al een luisterend oor kan deugd doen. Als nieuwe mama gehoord worden, is erg waardevol. En eigenlijk weten veel mama’s zelf wat ze nodig hebben. Maar het wordt hen vaak niet gevraagd.” (Inge)
“En hulp vragen is helemaal oké. Je kan dat niet te vroeg doen. Ga je naar een psycholoog voor een ondersteunend gesprek en is er vervolgens niet meteen actie nodig, dan is daar absoluut niets mis mee.” (Inge)
Over de rol van de partner, familie en vrienden
“In alle modules wordt de partner heel actief betrokken. Dat vinden we erg belangrijk. Soms worstelen we dus wel met de naam van ons centrum (lacht). Bijvoorbeeld tijdens de dagbehandelingen zijn er partners aanwezig. Tijdens gesprekken met de psycholoog, of bijvoorbeeld om een babymassage te doen. Hij of zij kan hier gewoon zijn om mee voor de baby te zorgen. We zien hen dus niet als bezoekers. Ook tijdens thuisbehandelingen wordt er heel sterk ingezet op verbinding met de partner. En beslissingen over begeleiding of opname, zijn natuurlijk beslissingen die je samen als koppel neemt. Daarom vinden wij het logisch dat ook de partner een belangrijke plaats in het traject krijgt. Wij zorgen allemaal samen. Wij als zorgverleners, zij als partner en netwerk.” (Inge)
"Familie of vrienden geven je vaak goedbedoeld advies. Maar dat kan iemand net onzeker of verdrietig maken, of je het gevoel geven dat je het niet goed doet. Ook al is dat niet hun bedoeling. Wat mij ook hielp, is iemand die eens een boodschap voor mij wou doen of even vraagt met wat ze je kunnen helpen. En tot slot: als je weet dat de mama zich niet goed voelt, benadruk dan niet wat voor een lieve, brave baby het is. Dat kan inderdaad zo zijn, maar voor de mama voelt dat misschien niet zo aan.” (Nathalie)
Over het taboe
"Ik sprak erover met mijn moeder, tante en oma en zij zeiden: ‘Ja, dat heb ik ook meegemaakt.’ En toen dacht ik: maar waarom weet ik dat niet? Heel veel vrouwen weten niet dat mentale problemen kunnen ontstaan wanneer je zwanger wordt. Ik ben een blije, uitbundige vrouw en stond er dus ook niet bij stil dat mij dat kon overkomen. En wanneer het dan gebeurt, en toen ik me alsmaar slechter begon te voelen, volgde de schaamte en het schuldgevoel. Je kan niet meer voor je kind(eren) zorgen zoals je zou willen. Dat is niet iets wat ik zomaar tegen iedereen wou vertellen. Maar je kan daar niets aan doen en je hoeft je dus niet te schamen. Die boodschap wil ik ook aan andere mama’s meegeven. Want door die schaamte wordt het een heel eenzame situatie. Ik zat vast met die gevoelens, in mezelf gekeerd.” (Nathalie)
Artikel uit Still, redactie door Lien kerff en fotografie door Lies Willaert.